Naar de andere kant van de wereld
Tekst: Ruut Tilstra
Ann Tracy
In
het
begin
van
de
twintigste
eeuw
komt
de
fokkerij
van
de
Duitse
Herder
in
Duitsland
tot
grote
bloei.
In
1906
zijn
er
inmiddels
6000
honden
ingeschreven
in
het
stamboek.
Langzaam
maar
zeker
begint
men
honden
te
exporteren;
de
Duitse
Herder
blijkt
een
zeer
geliefde
hond.
In
datzelfde
jaar
wordt
de
eerste
hond
naar
Amerika
gebracht.
Het
betreft
Mira
von
Offingen
die
echter
niet
voldoet
in
Amerika.
Nadat
ze
het
heeft
afgelegd
tegen
Queen
von
Switserland
op
de
New
Yorkse
Show
in
1908
wordt
ze
terug
gestuurd
naar
Duitsland
zonder
ingeschreven
te
zijn
in
het
Amerikaanse
stamboek.
De
eerste
ingeschreven
Duitse
Herder
in
Amerika
is
dan
ook
Queen
von
Switserland,
een
teefje
uit
de
inmiddels
fameuze
lijn
von
Krone.
In
1913
wordt
de
‘German
Shepherd
Dog
Club
of
America’
opgericht
door
een
handjevol
mensen.
De
Club
telt
dan
26
leden.
Mrs.
Halstead-Yates
wordt
voorzitter,
mr.
Emkin
vice-voorzitter
en
mr.
Troop
is
de
penningmeester.
De
Amerikaanse
Kennelclub
(AKC)
noemt
het
ras
officieel ‘German Sheepdog’.
Niet
voor
niets
is
de
naam
Ann
Tracy
wereldwijd
bekend
geworden
bij
de
liefhebbers
van
de
Witte
Herder.
Ann
is
lid
van
de
‘German
Shepherd
Dog
Club
of
America’
en
fokt
Duitse
Herders.
Ze
kan
met
recht
een
fervent
liefhebber
van
het
ras
worden
genoemd.
Daarnaast
is
ze
tevens
een
nichtje
van
Pouteny
Bigelow
en
samen
met
deze
oom
maakt
ze
vele
rondreizen
door
Europa,
waarbij
ze
veelvuldig
in
aanraking
komt
met
de
Duitse
Herder.
Dat
verklaart
haar
grote
voorliefde
voor
dit
ras.
Tijdens
deze
rondreizen
brengt
ze
regelmatig
bezoeken
aan
Keizer
Wilhelm
(een
studievriend
van
haar
oom)
van
het
Duitse
keizerrijk
Hohenzollern
en
het
bevriende
Oostenrijkse
Huis
von
Habsburg.
Aan
dit
hof
ontmoet
ze
prins
Simon
Eristof,
met
wie
ze
in
het
huwelijk
treedt.
Het
kan
zijn
dat
Ann
Tracy
kennis
heeft
gemaakt
met
wit
gekleurde
Herdershonden
tijdens
haar
verblijf
in
Europa, maar ze heeft in ieder geval nooit een witte Duitse Herder geïmporteerd.
Inmiddels
bezit
ze
enkele
gekleurde
Duitse
Herders
waaronder
de
kampioen
Luchs
ZS
161.964,
een
zoon
van
Munka
von
Boll
en
Herta
II
von
Park.
In
1917
worden
er
in
haar
kennel
‘Stonihurst’
vier
witte
pupjes
geboren
uit
twee
gekleurde
ouders,
waarvan
Luchs
de
grootvader
is.
De
eerst
geborene
is
Edmund,
zijn
nestbroertjes
en
-zusjes
zijn
Eadrid,
Eric
en
Elf.
Edmund
is
tevens
de
eerste
in
Amerika
geregistreerde
Witte
Duitse
Herder.
Met
deze
honden
start
Ann
de
eerste
witte
bloedlijn
in
Amerika.
Ook
op
andere
wijze
maakt
Ann
zich
verdienstelijk.
Op
de
eerste
Clubmatch
van
de
jonge
vereniging
in
1915
treedt
zij
op
als
keurmeester.
Haar
leven
lang
zal
ze
een
zeer
actief
lid
blijven.
Ann
Tracy,
later
Mrs.
Simon
Eristoff,
is
de
eerste
persoon
die
erelid wordt van de ‘German Shepherd Club of America’.
In
diezelfde
periode
wordt
in
het
Noordwesten
van
Amerika
een
tweede
witte
lijn
gestart.
De
heer
H.N.
Hanchet
importeert
drie
honden
die
rechtstreeks
afstammen
van
-
naar
men
zegt
-
de
fameuze
von
Habsburg
lijnen.
Dat
zijn
Diana,
Snow
King
en
Adda
von
Irmelsberg.
Hanchet
exporteerde
vele
van
zijn
honden
uit
die
lijn
naar
landen
zoals
Australië,
Cuba,
Puerto
Rico
en
Mexico
waardoor de Witte Herder al snel wereldwijd wordt verbreid.
Eerste- en tweede Wereldoorlog
Gedurende
de
eerste
werledoorlog,
een
periode
dat
het
Duitse
Herderras
ten
onder
had
moeten
gaan
buiten
de
Duitse
grenzen
gezien
deze
omstandigheden
en
de
haat
tegen
alles
wat
Duits
is,
komen
de
eerste
Amerikaanse
soldaten
terug
van
het
front.
Zij
vertellen
over
een
ongelooflijke
hond,
die
door
het
Duitse
leger
als
oorlogshond
wordt
gebruikt,
maar
ook
door
het
Rode
Kruis
en
inzetbaar
is
op
ieder
niveau
in
de
oorlog.
Honden
die
dapper
door
de
vuurlinies
gaan
om
de
gewonden
te
lokaliseren
en
die
de
hulpverleners
direct
naar
de
gewonden
leiden.
Honden
die
exact,
zonder
zich
te
vergissen,
de
levenden
van
de
doden
kunnen
onderscheiden
en
die
met
een
groot
uithoudingsvermogen
moeiteloos
kunnen
doorwerken.
De
bewondering
voor
deze
honden
is
enorm
en
de
populariteit
van
de
Duitse
Herder
neemt
ongekende
vormen
aan.
Zij
worden
bestempeld
als
helden
en
sindsdien
heeft
een
ras
nooit
meer
zo’n
grote
overweldigende
populariteit
gekend.
Er
wordt
verteld
over
alle
kleurslagen
die
de
Duitse
Herder
in
die
tijd
eigen
is,
van
zuiver
zwart,
bruin
en
geel,
wolfsgrauw
en
wit.
Allemaal
blijken
ze
dezelfde
onvermoeibare
dapperheid
en
werklust
te
bezitten.
Zij
worden
betiteld
als
zijnde
‘honden
met
een
menselijk
brein’.
Iedereen
wil
zo’n
fantastische
hond
en
er
worden
duizenden
dollars
neergelegd
om
er
eentje
te
kunnen
bemachtigen.
Door
de
exorbitante
prijzen
die voor deze honden worden gevraagd, is het bezit van een Duitse Herder slechts weggelegd voor de rijken.
Na
de
Eerste
Wereldoorlog
bereikt
de
import
van
de
Duitse
Herder
in
Amerika
een
ongekend
hoogtepunt
en
de
populariteit
blijft
stijgen.
De
Duitse
Herder
blijkt
makkelijk
te
trainen
te
zijn
en
is
in
het
bezit
van
een
grote
dienstbaarheid
aan
zijn
baas.
Dit
maakt
hem
bij
uitstek
geschikt
voor
de
-
in
die
tijd
nog
‘stomme’
-
filmindustrie,
waarbij
hij
met
groot
succes
wordt
ingezet.
Etzel
von
Oeringen,
een
zoon
van
Nores
von
der
Kriminalpolizei
en
Charlotte
von
Oeringen
schittert
als
‘Strongheart’
en
ook
de
film
‘Rin
Tin
Tin’
wordt
een
kaskraker.
Vooral
het
vriendelijke
karakter
van
de
films
met
het
hond/kind
thema
doet
het
goed
in
de
naoorlogse
jaren.
Strongheart
en
Rin
Tin
Tin
hebben
beide
grote
invloed
gehad
bij
de
opzet
van
zeer
goede
gekleurde-
en
witte
bloedlijnen.
Een
andere
belangrijke
hond
uit
die
zelfde
periode
is
Blanka
von
Riedekenburg,
een
sneeuwwitte
teef
en
een
directe
afstammeling
van
de
von
Habsburg
bloedlijn.
De
invloed
van
de
von
Riedekenburg
bloedlijn,
met
name
Blanka,
in
de
fokkerij
en
in
het
totale
Amerikaanse
Witte
Herderbestand
is
enorm
geweest
en
deze
is
nog
steeds
te
zien
in
het
huidige
bestand.
In
1923
laat
Geraldine
Rockefeller
Dodge
een
aantal
Duitse
Herders
importeren
uit
de
toplijnen
van
het
Duitse
bestand.
Mevrouw
Rockefeller
woont
op
een
estate
van
meer
dan
2000
acres
in
Morris
County
(New
Yersey)
waar
ze
ruim
150
honden
kan
herbergen.
In
haar
kennel
‘Giralda
Farm’
fokt
ze
zuiver
zwarte-,
gekleurde-
en
zuiver
witte
lijnen.
Haar
honden
zijn
van
grote
kwaliteit;
ook
hier
liggen
veel
belangrijke
‘roots’
van
ons
huidige
Witte
Herder
bestand.
In
1931
nodigt
ze
de
Engelse
schilder
Ruben
Ward
Binks
(1880-1940)
uit.
Hij
verblijft
bijna
twee
jaar
op
het
landgoed
om
haar
honden
te
schilderen.
Een
bekend
werk
van
zijn
hand
is
een
goache
van
10,5
x
12
¾
inches
van
de
twee
Witte
Herders
Dawn
en
Day,
eigendom
van
Geraldine
Rockefeller.
Dit
schilderij
bevindt
zich
tegenwoordig
in
het
AKC
museum
en
is
een
gift
van
de
William
Secord
Gallery
Inc. aan dit museum.
Ook
kapitein
Max
von
Stephanitz
wordt
door
haar
uitgenodigd
om
de
Morris
and
Essex
Dog
Show
in
de
USA
te
keuren.
Van
de
hand van Geraldine Rockefeller is het boek ‘The German Shepherd Dog in America’ (1956).
Uiteindelijk
komt
er
een
kentering
in
de
fokkerij
door
het
uitbreken
van
de
Tweede
Wereldoorlog.
Er
zijn
weinig
gegevens
bekend
over
de
witte
honden
uit
die
jaren.
Op
enkele
uitzonderingen
en
een
aantal
kennelnamen
van
Duitse
Herder
kennels
na,
komen
de
feitelijk
gegevens
pas
weer
op
gang
aan
het
einde
van
de
jaren
vijftig.
Na
de
Tweede
Wereldoorlog
breken
er
zware
tijden
aan
voor
de
Duitse
(Witte)
Herder.
De
fokkerij
van
Duitse
Herders
raakt
min
of
meer
in
het
slop.
Er
zijn
verschillende
gebreken
in
het
bestand
van
de
Duitse
Herder
geslopen,
waaronder
de
zwaar
tellende
vachtverbleking.
In
plaats
van
de
oorzaak
van
de
vachtverbleking
en
het
verdwijnen
van
het
zwarte
zadel
te
onderzoeken;
of
het
probleem
door
selectie
aan
te
pakken,
besluit
men
een
zondebok
aan
te
wijzen
en
deze
te
elimineren.
Animositeit
inzake
witte
en
zilvergrijze
honden
heeft
in
feite
altijd
al
bestaan.
Von
Stephanitz
heeft
er
nooit
een
geheim
van
gemaakt
dat
hij
deze
kleuren
in
feite
‘herderonwaardig’
vindt.
Deze
mening
is
altijd
doorslaggevend
geweest
in
de
fokkerij,
hoewel
er
geen
fok-,
show-
of
trainingsverbod
bestaat.
De
tijd
is
rijp
om
de
boosdoener
aan
te
wijzen.
In
1959
bestempelt
de
VS
(‘Verein
für
Deutsche
Schäferhunden’)
de
witte
honden
als
albino’s
en
er
wordt
een
dringend
advies
gegeven
om
deze
honden
niet
meer
te
gebruiken
voor
de
fokkerij.
De
rasstandaard
wordt
gewijzigd;
honden
met
meer
dan
50
%
wit
en
de
zogenaamde
albino’s
worden
gediskwalificeerd.
Ondanks
felle
tegenstand,
wordt
de
nieuwe
standaard
ook
door
de
GSDCA
(‘German
Shepherd
Dog
Club
of
America’)
aangenomen
met
306
stemmen
voor
en
110
tegen.
De
fokkers
van
Duitse
Herders
proberen
te
redden
wat
er
te
redden
valt.
Nieuwe
importen
om
het
Amerikaanse bestand wat op te vijzelen - uit Europa en met name uit Duitsland - zijn het resultaat.
Canada
De
geschiedenis
van
de
Witte
Herder
is
onlosmakelijk
verbonden
met
die
van
de
Duitse
Herder.
Ook
in
Canada
is
dit
het
geval.
Als
buurland
van
Noord-Amerika,
bestaat
er
sinds
jaar
en
dag
niet
alleen
een
uitwisseling
van
allerhande
zaken
en
culturen
tussen
de
twee
landen,
ook
flora
en
fauna
vloeien
geleidelijk
in
elkaar
over
langs
de
3500
mijl
lange
grens.
Het
is
logisch
dat
die
prachtige
hond
uit
Amerika
-
de
Duitse
Herder
–
vrij
snel
over
de
grens
gaat
richting
Canada.
Dat
wil
niet
zeggen
dat
alle
Duitse
Herders in Canada Amerikaanse importen zijn.
Ook
Canada
is
dan
al
in
het
bezit
van
enkele
prachtige
exemplaren
die
regelrecht
uit
Duitsland
zijn
gekomen.
Voorbeelden
daarvan
zijn
Ch.
Vallie
von
Sieghaus
en
Ch.
Ero
vd
Auwallenburg.
En
niet
te
vergeten
de
honden
uit
de
beroemde
Canadese
‘Thorn’
kennels.
Het
is
echter
niet
helemaal
duidelijk
wanneer
de
eerste
Duitse
Herder
zijn
intrede
in
Canada
doet.
Pas
in
1919
wordt
de
eerste
Duitse
Herder
in
het
Canadese
stamboek
ingeschreven.
Omdat
deze
stamboekhouding
tot
1959
geen
kleur
vermeldt
is
het
onmogelijk
om
met
zekerheid
vast
te
stellen
in
welk
jaar
de
eerste
Witte
Herder
is
ingeschreven.
In
1922
wordt
de
eerste
Canadese
Duitse
Herder
vereniging
opgericht
door
de
heer
H.
B
Boyd.
Het
fokprogramma
van
deze
vereniging
is
vrijwel
identiek
aan
dat
van
Amerika.
Ondanks
het
feit
dat
er
vele
goede
Duitse
Herder
Kennels
in
Canada
zijn,
dateren
de
betrouwbare gegevens over de witte honden pas van een tiental jaren na de Tweede Wereldoorlog.
Geschiedenis
Highlights
Een
hond
uit
de
fokkerij
van
Geraldine
Rockefeller
is
Bodri,
een
naam
die
veelvuldig
voorkomt
op
de
stambomen
van
de
Witte
Herders
uit
de
lijnen
die
gebruikt werden in de fokkerij van Witte Herders in die periode.
Foto links: Bodri
Vader:
Ch.
Geier
v.
Blasienberg
x
moeder:
Giralda’s
Olive
(Kennel
van
Geraldine
Rockefeller)
stamt
onder
meer
uit
de
lijnen
van
Riedekenburg,
Michelsburg en Fuerstenburg.
Geraldine Rockefeller
WITTE HERDER BIBLIOTHEEK OF KIMBERLY’S PRIDE
1917: Amerika: De eerste witte pups worden geboren in de Kennel van Ann
Tracy (keurmeester en fokker van Duitse Herders), 2 reutjes en 1 teefje, Eadrid,
Eric en Elf von Stonihorst.
1919: De eerste Duitse Herder wordt in het Canadese stamboek ingeschreven.
Omdat deze stamboekhouding tot 1959 geen kleur vermeldt is het onmogelijk om
met zekerheid vast te stellen in welk jaar de eerste Witte Herder is ingeschreven.
1923: In 1923 laat Geraldine Rockefeller Dodge een aantal Duitse Herders importeren
uit de toplijnen van het Duitse bestand.
Na de Eerste Wereldoorlog bereikt de import van de Duitse Herder in Amerika een
ongekend hoogtepunt en de populariteit blijft stijgen.
In die periode worden gekleurde en witte Duitse Herdershonden vrijwel altijd door
elkaar heen gefokt, wat uiteindelijk zal leiden tot de gevreesde vachtverbleking
van de gekleurde honden.
Oorsprong van het ras
De oorsprong van het ras, de Witte
Duitse Herder in Duitsland eind 19e -
en begin 20e eeuw
De (Witte) Duitse Herder in Engeland
De export van de Duitse Herders naar
Engeland komt tot bloei.
Naar de andere kant van de wereld
De (Witte) Duitse Herder in Amerika en
Canada.
Ontwikkelingen wereldwijd
Terug naar Europa
De Zwitserse Witte Herder
De Zwitserse Witte Herder anno 2015
Erfelijkheid van de vachtkleur (Engels)
Ingezonden brieven - 1961 / 1973
1927: The Dog Fancier
This website was first launched in 1998 - If you have questions about the site or corrections, please mail the webmaster
© Pride Webdesign 2016